Tolken zijn onmisbaar in de huidige politieke wereldtop, maar de behoefte aan communicatie tussen verschillende landen is er altijd al geweest. Zo ver onze geschiedeniskennis reikt, zijn er tal van tolkvoorbeelden. Het communiceren in een vreemde taal was eerder uitzondering dan regel. In de loop van de geschiedenis hebben tolken hierdoor een belangrijke rol gespeeld in de communicatie binnen belangrijke beschavingen:
1. De oude Egyptenaren
De oudste verwijzingen naar tolken brengen ons naar het oude Egypte. Tweetalige inwoners van het grensgebied tussen Egypte en Nubia, genaamd ‘Dragomen’, tolkten voor farao’s en speelden een belangrijke rol in Egyptische staatszaken. Ook stuurden farao’s Egyptische jongens naar de Nijldelta om Grieks te leren. Ondanks dat tolken van groot belang waren voor het dagelijks bestuur van Egypte, hadden zij geen positief imago. Tolken werden namelijk gezien als ‘sprekers van vreemde talen’.
2. De Grieken
De oude Grieken daarentegen zagen tolken bijna als ‘goddelijk’. Tolken voerden namelijk taalkundige taken uit die toebehoorden tot de god Hermes: de god van de welsprekendheid. Heersers van het oude Griekenland hechtten veel belang aan diplomatie en welsprekendheid. Daarom werden tolken gezien als getalenteerde, getrainde redenaars en kregen zij veel verantwoordelijkheden. Heersers lieten bijvoorbeeld liever een ervaren tolk een bericht overbrengen in plaats van dat zij dat zelf probeerden te doen met de kans dat de boodschap niet zou overkomen.
3. De Romeinen
De manier waarop de oude Grieken verantwoordelijkheden aan tolken toebedeelden, was niet per se uniek. Het was een algemene trend in de oude en middeleeuwse wereld. Ook de Romeinen hadden tolken in dienst. Julius Caesar vertrouwde zijn tolken zelfs toe om onderhandelingen te voeren met vertegenwoordigers of heersers van andere landen. Het Magister Officiorum (vergelijkbaar met het huidige ministerie van Buitenlandse Zaken) huurde tolken in om ‘barbaarse talen’ te vertalen en op die manier het rijk uit te breiden. Veel tolken bekleedden daarmee ook belangrijke diplomatieke functies.
Romeinse heersers hadden ook Griekse tolken in dienst. Niet omdat zij geen Grieks konden: het latere Romeinse rijk was tweetalig en geschoolde Romeinse burgers waren vloeiend in zowel Grieks als Latijn. De Romeinen hadden Griekse tolken in dienst, omdat zij de superioriteit van de Latijnse taal en Romeinse cultuur wilden benadrukken. Er heeft altijd een sterke rivaliteit tussen deze twee volken gespeeld, wat ook tot uiting komt in dit voorbeeld.
Er zijn nog talloze tolkvoorbeelden te noemen uit het tijdperk van de kruistochten en het kolonialisme, maar na dit tijdperk nam langzaam de internationale dialoog in Europa toe. Eerst in het Latijn als lingua franca, later in het Frans en uiteindelijk het Engels. Ondanks dat het Engels tegenwoordig fungeert als de internationale voertaal, blijven tolken onmisbaar. Daarom helpt HearHear je graag verder met je tolkaanvraag.